Onderwijs ttv Corona Column uitgesproken tijdens de Balkonsessie van 15 mei jl; de wekelijkse online samenkomst van studenten, docenten en medewerkers van HKU Theater Ik zie jullie allemaal wel: jullie gezichten, verwachtingsvol, terughoudend, enthousiast. Een cynisch glansje zie ik her en der, een frons. Ik zie je tranen, je ingehouden adem, ik zie zelfs ineens je sigaret. Ik zie de post-it voor je camera - wil je niet gezien of kijk je liever niet? Ik zie de wind die door je haar speelt, zoomend in de tuin, of skypend op je balkon. Ik hoor de ondertonen in je stem, je vertwijfeling tijdens het spreken, ik hoor je zwijgen. Ik hoor de ingehouden irritatie, de boosheid soms of het verdriet. Ik zie je, ik hoor je. We hébben wel contact. En toch... Tóch waan ik mij voortdurend in een schijnwerkelijkheid. Een life reproductie, met een lichte waas er overheen. Een roman die fantastisch in elkaar steekt, maar mij niet weet op te nemen als onderdeel, ik blijf….toeschouwer, op afstand. We hebben contact en toch mis ik je.
De focus op wat ik mis, wat er niet kan nu, is verleidelijk. Maar wat heb ik er aan steeds te zien wat niet? Wat levert het mij op te accepteren dat ik toeschouwer geworden ben, of dat ik participeer van achter een gordijn? Ja, we missen veel, de raarste dingen soms. Maar ik wil niet dat het missen me lamlegt, doodslaat, de stop in de gootsteen wordt. Het missen roept namelijk ook iets in mij wakker, stuwt ook een verlangen in mij. Zoals het sluiten van theaters en musea blootlegt hoe nodig wij kunst en cultuur hebben - eerst valt het wel mee, is het misschien wel lekker rustig, dan besef je je hoe luxe het leven eigenlijk was - altijd maar overal te kunnen zijn. En dan, op een gegeven moment komt er een nieuwe noodzaak. Het zoveelste avondje theater waar je bijna argeloos naar toe gaat verandert in een behoefte aan voeding, inspiratie, een nieuwe blik. Precies zo legt het sluiten van de deuren van het onderwijs bloot waar onderwijs daadwerkelijk over gaat. Eerst leer je nog even door, je leest de boeken die je moet lezen, doet de oefeningen die je kan doen en roept dat je je klasgenoten mist, de docenten en het plein mist. En dat is ook zo. Maar op een gegeven moment ontstaat er een daadwerkelijk gebrek. Welk gebrek? Wat missen we nu écht? Mijn liefde voor onderwijs en speciaal voor het kunstonderwijs, voor het werken met jonge mensen die een pad kiezen dat niet gladgestreken voor ze klaarligt wordt aangewakkerd, nu ik niet meer naar het Janskerkhof fiets, nu ik studenten en collega’s louter via schermpjes tref. Ik voel wat ik mis. En dus wat mij drijft. Natuurlijk gaat onderwijs over de overdracht kan kennis en kunde, technieken, vakmanschap, een visie zelfs en allerlei vermogens. Maar hoe bevorder je daadwerkelijke groei, wezenlijke ontwikkeling? De impact van leren wordt uiteindelijk niet bepaald door het curriculum, of door het vak, maar door de manier waarop de overdracht van het vak plaatsvindt. Oftewel: Het contact. Bevestig een opleiding je in het beeld van jezelf dat je al had, of weten we je uit te nodigen tot een nieuw kijk? Aandacht voor wie jij bent, voor wie ik ben en hoe wij met elkaar kunnen werken en leren is - wat mij betreft - de kiem van onderwijs. Het contact bepaalt de impact. Als wij werkelijk met elkaar in contact zijn, is er geen plek voor toeschouwerschap. Werkelijk contact vraagt volle aanwezigheid. In echt contact zie je, wordt je gezien en neem je deel, met alles wat je bent, hebt, kent en kunt, maar ook met alles wat je nog niet hebt, kent, kunt. Maar ook: echt contact schuurt soms, is ongemakkelijk, maakt je onzeker. Je loopt het risico te worden afgewezen, te worden geconfronteerd met wat je niet wilt weten of niet wilt zien. Je maakt kennis met de randen van je eigen vermogen, het beperkende kader waarbinnen je nu eenmaal kijkt. Zonder de wrijving van contact doen we wat we al kunnen en kennen, zoeken we op plekken waar we al eerder geweest zijn, bevestigen we onszelf in de overtuigingen die we eerder al hadden opgedaan en die ons zekerheid geven. Pas in contact, in relatie tot een ander verschuift onze blik op de wereld en kan er sprake zijn van daadwerkelijke groei. Dus waar je ook lesgeeft of leskrijgt, of dat nu is op zoom of in een stoffig klaslokaal, ga het contact aan dat ongemakkelijk is en schuurt. Zeg niet wat je denkt dat er gezegd zou moeten worden, speel niet de rol van docent of student, pas je niet aan aan de denkbeeldige maatstaf of zet je niet af tegen de gefantaseerde kaders. Wees in het hier en nu aanwezig, in vol ornaat en dus kwetsbaar. Durf te raken en geraakt te worden. Dáár begint het leren. Wees zo dapper, schudt het toeschouwerschap van je af – ook nu. Verhul je niet, niet achter een post-it, niet achter een masker, niet achter braaf of rebels studentengedrag. Neem deel. Ga het met ons aan: met je docenten, je klasgenoten, zelfs het instituut. Duw tegen ons aan, schuur tegen onze muren, of ze nu van steen zijn of virtueel. Laat ons wankelen. En laat je uit balans brengen door ons en door elkaar. En voor nu: toon ons jouw gemis en laat het je vertellen wat je drijft. Samen, met gedeelde perspectieven, likken we onze wonden – als nodig, lekker Corona-proof - en zoeken we - in contact - naar wat geheeld moet worden, en vervolgens naar nieuwe ruimtes om jouw drijfveren en verlangens vorm te geven. Op naar nieuwe, daadwerkelijke groei. Zet m op. Opmerkingen zijn gesloten.
|
De Kleine Professorschrijft over de groei van cliënten, studenten én zichzelf.
Laat je e-mailadres achter en ontvang een mail als er een verse blog is!
Archieven
December 2023
Categorieën
Alles
|